Bouwfysica is "de fysica van de gebouwde omgeving". Deze betreft de fysische aspecten van de gebouwde ruimte en van gebouwconstructies en installaties. De fysische aspecten zijn licht, warmte, lucht, vocht en geluid.
De gebouwde ruimte omvat zowel de door mensen gecreëerde buiten- als de binnenruimte. Het gaat dan om de gebruiksprestatie van de ruimte voor zover het de genoemde fysische aspecten betreft.
Onder gebouwconstructies verstaan we in het bijzonder de scheidingsconstructies. Het gaat dan enerzijds om de prestaties die de constructies leveren in de instandhouding van een gewenst fysisch binnenmilieu (en de hoeveelheid energie die daarmee gemoeid is) en anderzijds om fysische prestaties met betrekking tot de instandhouding van de constructies zelf.
Voor de instandhouding van het binnenmilieu worden doorgaans, naast bouwkundige middelen, ook installaties ingezet. Het ontwerpen van deze installaties behoort niet tot de fysica van de gebouwde omgeving. Wel behoort het tot de fysica van de gebouwde omgeving om de fysische prestaties ervan vast te stellen, een en ander in een juiste balans met de fysische prestaties van de scheidingsconstructies.
De akoestiek is de wetenschap van het geluid. Procedureel is bij de nodige wegenprojecten een geluidsonderzoek noodzakelijk. Bijvoorbeeld om in een Mer-fase zoneringen aan te kunnen geven met een bepaalde geluidbelasting, maar ook om bij een tracébesluit de geluidsbelasting op gevels te bepalen, uitgaande van bepaalde verkeersprognose.
Akoestiek is de wetenschap die zich bezighoudt met geluid. Geluid bestaat uit trillingen die zich voortplanten door een medium. In de meeste gevallen is dat lucht. De akoestiek heeft zeer veel praktische toepassingen. Akoestisch onderzoek richt zich voornamelijk op onderzoek naar de akoestische eigenschappen.
Verder wordt onder akoestiek verstaan de invloed die een ruimte heeft op de klank en nagalm van geluid. Dan kan bijvoorbeeld gesproken over "Deze ruimte heeft een slechte akoestiek". Bedoeld wordt dan dat de eigenschappen van die ruimte niet overeenkomen met het gebruik. Aan een concertzaal worden bijvoorbeeld heel andere eisen gesteld dan aan een collegezaal.
De akoestiek in een ruimte is afhankelijk van absorptie en terugkaatsing (reflectie) van het geluid door wanden of attributen en de grootte van de ruimte. De absorptie gebeurt door een ruwe en zachte wandafwerking, zoals in onderstaande afbeelding. Terugkaatsing gebeurt door een gladde en harde afwerking. Wanneer het geluid veel wordt teruggekaatst, duurt het een tijd voordat het geluid is uitgestorven. Die tijd heet nagalm en kan worden berekend of opgemeten. Wanneer men in een lege kerk klapt, dan hoort men dat de nagalm enkele seconden duurt. In een betonnen bunker van 10 × 10 × 10 m kan men elkaar nauwelijks verstaan door de nagalm.
De basis van de wetgeving rondom brandveiligheid is de bouwregelgeving. Dit begint met de woningwet die vervolgens het bouwbesluit en gebruiksbesluit aanstuurt, in het bouwbesluit worden worden de bouwkundige eisen geformuleerd en in het gebruiksbesluit staan gebruiksvoorwaarden. Vanuit deze regelgeving wordt alle semiregelgeving aangestuurd, zoals NEN normen. Deze NEN normen geven invulling aan enkele kort omschreven eisen in het bouwbesluit. Onder brandveiligheid verstaat men het nemen van maatregelen ter voorkoming en beperking van brand, de gevolgen van brand en het waarborgen van de ontvluchting van personen.
In gebouwen kan een heel scala aan problemen gedetecteerd worden met gebouwthermografie. Meestal is hiervoor een temperatuurverschil tussen binnen en buiten nodig, zodat er warmte begint te stromen van binnen naar buiten (of omgekeerd) en er verschillen in de constructie zichtbaar worden.
Bodem
Kwaliteit arbo milieu
Milieuadviesbureau
bouwfysica
Ruimtelijke ordening
Machinaal boren
